Menu

Jaren 1973-1983

Twintig jaar in het eerste

We spraken Hans Hentzepeter (1965) in december 2017 bij de Naardense jachthaven. Daar konden we mooi een foto van hem maken, met zeiljachten als achtergrond. Sinds hij met rugbyspelen is gestopt is competitie-zeilen zijn belangrijkste hobby. Er varen geregeld rugbyers met hem mee zoals Marc Hamel en Eric-Jan van Riet, vandaar dat zijn kajuitzeilboot wel “de rugbyboot” wordt genoemd.

Hans stelt zich voor: juni 1981, in De Scrum

In 1981 meldde de 16-jarige Hans Hentzepeter zich als lid van RC ’t Gooi. Via het schoolteam van de Godelinde scholengemeenschap was hij met rugby in aanraking gekomen. Dat beviel hem direct veel beter dan de individuele sporten die hij tot dan toe beoefende – judo, karate en zwemmen – want “sporten in teamverband is veel fijner. Ik hoop een fijne periode samen bij Het Gooi te beleven” schreef Hans in zijn “Even voorstellen”-verhaaltje in de Scrum. Zo’n 36 jaar later kunnen we vaststellen, dat dat aardig gelukt is.

“Er waren in die tijd verschillende scholen met een rugbyteam. Ze speelden een scholencompetitie. Buiten de Godelinde waren dat de Willem de Zwijger scholengemeenschap, het Vitus College, het Goois Lyceum en een school uit Huizen, waar o.a. Johan Frankema op zat.

(Reactie van Eric Cornelissen: Hans heeft het over het toenmalige scholentoernooi. Hij vergeet echter het team van de Gooische MTS. Hendrik Jan Pooters en Jan Willem Klein Bog van ’t Gooi waren twee van de initiatiefnemers. Ik ben via dit team bij ’t Gooi terecht gekomen. Andere jongens uit het team hebben later furore gemaakt bij Hilversum en in het Nederlands Team (o.a. Robert Balkestein).

Op de Godelinde regelden John Pel en Patrick de Vries het schoolrugby. Op de andere scholen waren dat weer andere Gooiers”, vertelt Hans. Hij kwam ongeveer gelijk bij RC ’t Gooi als Job Völker, Jan Erber, Frank Steginga, Marco Pel en Fred Scholten. “Het was de tijd, dat we wel een 14-16 team hadden, maar daarna hield het op en moest je “gewoon” met de senioren meespelen. Met dispensatie natuurlijk”.

Het 3e/4e team, waarin Hans Hentzepeter in de jaren ’80 meespeelde; hij staat er zelf niet bij. Staand: Hans van Eiken, Hans Walscheid van Dijk, Louis van Keller, ?, Paul Wurster, John Hartong, Steve Clark, Joep de Fraiture, Peter Akkermans, Ed Willems, geknield: Hans Grader, Jan Willem Klein Bog, Tom Visser, Hans Plat, Joop Meijer

Hans kwam een jaar lang terecht in het toenmalige vierde team. Hij speelde met oudgedienden zoals Hans Walscheid van Dijk, John Hartong, Hans Plat en Hans Grader. Op zaterdag speelde hij met het 14-16 team en op zondag met het 4e team. Hij vond het geweldig! Daarna volgde de stap naar het tweede team, waarin hij ook ongeveer een jaar speelde, gevolgd door het 2B-team. “Dat was een idee van Loek van Keller. De bedoeling was voor dit team van jonge en onervaren spelers oefenwedstrijden te regelen. Dat lukte niet en er werd dus gewoon met het tweede meegespeeld”. De volgende stap was die naar het eerste team.

Gooi-team dat tegen Hilversum speelde bij het 65-jarig bestaan van RC ’t Gooi op 21 april 1998. Staand: Martijn Heijning, Sirp Elema, Wouter Stehouwer, Cor van Es, Rob Pel, Charley Dekker, Richard van Dalen, ?, Victor Smaal, Richard Vlaar, Koen Duivestein, Richard Majoor, Wim van Eijck, geknield: Hans Grader, Derk Hendriksen, ?, Mark Dekker, Hans Hentzepeter, Sven Nikkels, Marc van Eyck, Jerker Grader, René van Latum, Fred van Verseveld. Wie kent de vraagtekens?

“Ik heb zo’n twintig jaar in het eerste team gespeeld” zegt Hans. “Ik denk, dat ik wat dat betreft wel het record heb. Of misschien Evert Frakking..? Ik heb het geluk dat ik een sterk lichaam heb, anders had ik het niet zo lang volgehouden. Ik heb niet bepaald als een monnik geleefd…”. Hans heeft altijd als hooker gespeeld en hij schat, dat hij in de loop van de jaren wel naast zo’n 40 verschillende props heeft gestaan. “Het vaakst heb ik met Rob Pel samengespeeld” vertelt Hans. “Ook buiten het veld hebben we veel samen gedaan, we zijn bijvoorbeeld samen op vakantie geweest. Wist je, dat we precies op dezelfde dag geboren zijn?”.

Hans in actie bij de lustrum-wedstrijd tegen Hilversum in 1998.

Zijn beste periode als speler was rond zijn dertigste, vertelt Hans. “Alles lukte toen, zowel qua rugby als privé. Ik besloot in die tijd om voor mezelf te gaan werken in m’n bedrijf OfficePower. En m’n vrouw zei ja tegen mij. De huwelijksreis moest wel drie dagen worden uitgesteld, omdat er eerst een wedstrijd gespeeld moest worden. Ik was een beetje bang, dat die hooker van het tweede beter zou zijn..”.

In zijn jaren in het eerste team heeft Hans de ontwikkeling meegemaakt van het spelen in de 1e klasse (toen nog promotieklasse genaamd), naar de ereklasse en vervolgens naar de top van de ereklasse. “Het spelpeil is behoorlijk gestegen” zegt Hans, “de forwards leerden passen en de driekwarten leerden scrummen. En de spelers zijn tegenwoordig zwaarder, ook de hookers. Maar techniek is alles. Weten hoe je in de scrum moet staan en moet duwen en hoe je de bal in de line-out moet gooien is zeker zo belangrijk”.

“Leuk om mee te maken hoe kleine mannen uitgroeien tot volwaardige medespelers” zegt Hans, “zoals bijvoorbeeld Joakim en Jerker Grader. Er hebben er ook heel wat bij mij in de zaak gewerkt: Sven Nikkels, Arlo Vlaar, Nick de Haan en Eric-Jan van Riet. Jerker is bij mij afgestudeerd, hij heeft een SWOT-analyse gemaakt. Z’n vader Hans was commissaris bij mij”.

Trainers die Hans heeft meegemaakt zijn Frits Frankfort, Ad van Dalen (2x), Richard Majoor, Richard van Dalen, Luc Theunssens – onder zijn leiding zijn we gepromoveerd – en het trainersduo Mark van Eyck/Tom Burger. “Dat was een mooi duo” lacht Hans, “ze kregen altijd ruzie. Dan liep de een kwaad van het trainingsveld af en dan weer de ander. Ook Steve Clark heb ik als trainer meegemaakt, die kwam na Richard Majoor. “No warming up, just begin!”, waren zijn eerste woorden als trainer. Dat was een heel verschil met Richard, van wie we altijd eerst de nodige rondjes moesten warmlopen. Steve was trouwens een merkwaardige vent. Bij een wedstrijd op Nijenrode brak hij z’n arm, maar hij speelde gewoon door. Als flyhalf nota bene!”.

Na afloop van Gooi 2-Rush op 21 september 2008.

Ook zelf liep Hans de nodige blessures op. “Als hooker kreeg je vanuit de 1e en 2e rij soms klappen in de scrum. Daar kon je weinig tegen doen, met je armen om de props heen. Toen ik vanwege moeilijk ademhalen bij de dokter kwam, vertelde die mij dat ik misschien wel twintig keer m’n neus had gebroken. Nooit iets van gemerkt”. Hans is zo ongeveer vier jaar captain van het eerste team geweest.

In het derde en het vierde team speelde Hans vervolgens nog een jaar of 12 met veel plezier. Vooral het derde team was leuk vanwege de mix van oud 1e-teamspelers en spelers die nog de nodige ervaring moesten opdoen. “Het was de beste vervanging voor écht rugby”, zegt Hans met een lach. Sinds hij is gestopt met rugbyspelen staat hij nog geregeld achter de bar in de Poort en sponsort hij de club in natura: met printers en aanverwante zaken. “De betrokkenheid wordt wel minder. Hoewel: ik ben pas weer eens op de club geweest en het was érg gezellig. Moet ik vaker doen..”. En hij besluit: “Ik zal altijd aan ’t Gooi verbonden blijven”.

Meer hierover lezen? Ga naar:

Even voorstellen, de blijvertjes

Frits Frankfort

Ad van Dalen

Comments are closed.